Notitieblok door Piet Dorenbosch
B36 Van Ranst
Br H IV 1952 p79 C. Wampach, Urkurden – und Quellenbuch
zur Geschichte der altluxemburgischen Territorien bis zur burgundischen
Zeit Bd IX (= Urk. und Quellenbuch zur Geschichte der
Grundherrschaft Echternach bis zum Jahr 1517. Bd IV) 1952
Bespreking door H Mandos
……In 1411 verklaart Hendrik van Ranst, heer ven Kessel (en van Boxtel,
naar ik meen), dat de abt van E. hem de uitoefening van de heerlijkheidsrechten
in Waalre-Valkenswaard heeft toevertrouwd, voor zolang Hendrik
zal leven. En dit gebeurde op verzoek van de Hertog van Brabant. In 1412
beklagen de schepenen van Waalre en Valkenswaard zich tegenover de abt
van E. dat de hertog van Brabant hen wil dwingen te gehoorzamen
aan de heer van Hoogstraten (n.l. Hendrik van Kuijk), ofschoon zij
al trouw gezworen hebben aan Hendrik van Ranst. We vinden hier
dus de oorsprong van de “dubbele” heerlijkheid aldaar; dit leidt later
tot allerlei strubbelingen.
Br H IV 1952 p 107 W vd Broek, Hendrik van Ranst: vader en zoon
—– Uw mening, dat de Hendrik van Ranst, die in dit boek Heer van Kessel genoemd
wordt, ook Heer van Boxtel zou zijn geweest, is onjuist.
De Boxtelse geschiedens kent inderdaad een Hendrik van Ranst, die echter
eerst in 1459 als zodanig optreedt. De vader van deze Hendrik, is de Hendrik, de
heer van Kessel. Deze ontving 16 Maart 1391, volgens Butkens, de heerlijkheid
Kessel van de Brabantse Hertogen. Hij was gehuwd met Janne, vrouwe
van Mauthain, bastaard-zuster van de Hertoginne.
id p 118 W v. d. Broek: Het geslacht van Ranst en Boxtel.
zie het desbetr. artikel
Transcriptie en redigeren: november 2024 Hans Mestrum m.b.v. Transkribus
