Notitieblok door Piet Dorenbosch

achterkant vel A65
Brab H VlI 1955 p 54 FW Smulders: Een proefschrift over
tijdpachten
p 55 De Zuid-Brabantse heren die cijnzen heffen in de Meierij van
Den Bosch (53) zijn bij nader toezien de heer van Perweis en de heer van
Duffel: nu, dat was de heer van…..St. Michiels – Gestel ! Hij
heft cijnzen als heer van S. M. Gestel
……Ook buiten St. M. Gestel hief de heer van Perweis, Duffel,
Herlaer en Gestel verschillende cijnzen (Esch, Boxtel, Liempde etc)
p. 56 Dat veel korenpachten in Den Bosch geleverd moesten worden (67),
hangt samen met de korenhandel aldaar (en in Eindhoven evenzo).
p 57 Laat betekent oorspronkelijk: bezitter van grond, waarvan
een cijns betaald p 58 moet worden aan de grondheer, Later
betekent het: pachter van een hoeve. Het verband tussen deze
twee betekenissen is gelegen in het feit, dat de meeste
pachthoeven cijnsgoederen waren in ‘t bezit aan Bosschenaars
of andere grote mannen, die de pachter de cijns lieten betalen (85)
Keurmedigheid heb ik slechts gevonden buiten “shertogen
lant van Brabant”, nl in Bokstel en in Echternachse
dorpen (Valkenswaard) (87). De pachters zijn sinds de 14e
eeuw vrije mensen (88) niettegenstaande sommige
karweien, die nog in de 18e eeuw volbracht moesten worden)
Br H VIII 1956 p44 Boekbespreking FA Brekelmans: A Hallema, Geschiedenis van de
gemeente Dinteloord en Prinsenland in de zeventiende eeuw – 1955
p 15 Een erfcijns is geen grondbelasting, maar een last, die op de grond drukt, hetgeen
niet hetzelfde is
p 45 cijnsregisters zijn geen belastingkohieren, maar registers van te heffen
cijnsen uit gronden, waarvan de blote eigendom aan de Heer verbleef.

A66 Schutsersgilden
Brab 33 jg  nr 3 1954 mei-juni
Win Roukens: Hoe het schuttersgilde groeide
pag 137 In de late Middeleeuwen was het zo, dat de “heer” van plaats of
streek veelal de hoofdman der schutterij benoemde……
Brab 10 jg mei/juni nr 3 1961
J. van de Mortel: Rond het Helmondse Landjuweel
[op pag 82 een foto met als onderschrift Koningsketen van het
gilde van St. Barbara bestaande uit de half platte Koningsvogel en een
gotisch juweel met patroonheilige, daaraan de kruisboog. Voorts
ongedateerd koningsschildje” [foto van gildezilver van het in
het Prov. Museum berustend gildezilver van het Boxtelse St. Barbaragilde] ]
Br H X 58 p 33 W Knippenberg: Oude kapellen in Noord-Brabant.
p 34 St Antoniuskapellen en St Antoniusgilden.
p37 Het gebruik “St. Antonius-varkens” te verkopen ten bate van de kas
treffen we bij enige broederschappen en gilden van de H. Antonius in Noord-Bra-
bant aan, o.a te Heeswijk (1636; Taxandria IX, p.7 )……… en te
Opwetten (ca 1615 en 1635; 8, P 177) enigszins gewijzigd te Nieuw-
Borgvliet, gem. Bergen op Zoom (29; op zondag na het octaaf van het
St Antoniusfeest wordt na de hoogmis een varkenskop verkocht en telkens
weer verkocht ten bate van de parochiekerk), en te ‘s-Hertogenbosch (15. p
246 – 247, nota 4)
([15 = N.H.L. van den Heurel 1946 De Ambachtsgilden van ‘s-Hergogenbosch
voor 1629, Utrecht ])

Transcriptie en redigeren: oktober 2024 Hans Mestrum m.b.v. Transkribus

fbicon twiticon